l Gerard Gaudaen (3x), Piet Janssens, Frans Luyckx, Marcel Mutsaerts, Lucy van Dongen (2x), Gustaaf Verbeek, Antoon Vermeylen, Mark F. Severin (4x). Uit de inleiding: De Bloedschuit is de naam die enkele jaren geleden gekozen werd door een groep jonge graveerders, die zich toen nog met onzekere hand oefenden in de klas voor graveerkunst van Professor Mark F. Severin op het Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen. De oorsprong van deze spottende dramatische naam is niet moeilijk te achterhalen voor al wie het ooit aangedurfd heeft met een burijn een stukje palmhout aan te snijden: na enkele bedeesde stroken zal de graveerstaal wel plots uitgesliept zijn om zich met kracht te gaan planten in de linkerhand van de onvoorzichtige. Het woord "Bloedschuit", door iemand toevallig uitgebracht, werd een succes en het bleef.Het historisch document bij uitstek van "De Bloedschuit" is een houtgravure van Gerard Gaudaen, waarvan de reproduktie de eerste illustratie vorm van deze map. Deze gravure is – cum grano sales – wat de beroemde collectieve portretschilderijen van de Gouden Eeuw van de Hollandse schilderkunst waren voor de gilden van de hand- of kruisboogschutters, van lakenwevers, enz.: het onsterfelijk maken van de leden voor de komende geslachten.